‘We hebben te maken met hardnekkig vandalisme. Iedere keer als de hockeyclub een jeugdfeest organiseert is het heibel langs de route van hockeyclub naar villawijk. Kapotte bushokjes, vertrapte perken, autospiegels stuk. Geen aanpak werkte om het de kop in te drukken.’
‘En nu hóórde ik een verhaal. Eén van die jongeren, uit een gezin waar het maatschappelijk succes vanaf afstraalt, kwam in beeld bij justitie. En er blijkt nogal wat aan de hand. Kinderen zien hun vader vrijwel nooit, hebben wel te maken met torenhoge verwachtingen van de hele familie, moeder blijkt verslaafd aan drank.
In de familie- en vriendenkring is succes in termen van geld en uiterlijk vertoon de maatstaf, en niet een sociale oriëntatie waarin kinderen zich geborgen en gehoord voelen. De acties van de jongen bleken een manier van aandacht trekken.’
Toen ik dat hoorde, kon ik ook anders aankijken tegen het vandalisme. Hoe help je dan?