Sezen-referentiestelsel

Mensen zijn elke dag en de hele dag door bezig uit te zoeken wat betekenis voor hen heeft, hoe die tot stand komt en ze die kunnen vasthouden. Daarin kun je patronen herkennen waar we de naam betekenisgeving en als het op handelen aankomt het woord pragmatisme aan verbinden. Het krijgt samenhang in het Sezen-referentiestelsel.

Het bijzondere is dat deze kijk op menselijk gedrag ongewoon is. Dat blijkt al direct omdat er nieuwe begrippen nodig bleken om die patronen in taal te kunnen duiden zodat we het er met elkaar over kunnen hebben. Die begrippen noemen we Sezen originals en spannen het Sezen-referentiestelsel op.

Mensen zeggen geen vertrouwen meer te hebben in de politiek. Wat ze ermee bedoelen kunnen ze meestal niet omschrijven. Ze vinden wel dat heel veel anders moet. Verlies van vertrouwen kun je pas duiden als je herkent hoe verschillend politici en de samenleving aan verschijnselen en zaken betekenis geven.

Betekenis kan een referentie aan een ordening zijn, zoals een systeem, verkeersbord, wet of regel. Tweede en Eerste Kamerleden en bestuurders van organisaties gaan vrijwel altijd uit van ordeningen. Het laat rationele betekenisgeving zien: vanuit je brein betekenis aan verschijnselen en ervaringen geven. Deze vorm van betekenisgeving overheerst in westerse landen. Dat is niet verwonderlijk. Al in de 17e eeuw merkte Descartes op dat wetenschap en technologie bepaalde wat hij waarnam. In onze tijd is dit meer dan ooit het geval.

Betekenis kan ook staan voor invloed. Invloed ervaar je in wat je waarneemt en voortdurend verandert, in ervaren dat je leeft. In wisselwerking kan ontstaan wat er eerder niet was. Er zijn in de loop van de tijd vormen van leven ontstaan die zich steeds vernieuwen en aanwezig blijven. We zeggen: wat is ontstaan ‘is geëvolueerd’. Iedereen kan waarnemen dat in wisselwerking de potentie tot evolutie huist.

In wisselwerking zijn met de omgeving wil zeggen dat je (al dan niet bewust) reageert op de invloed van een verschijnsel. Bijvoorbeeld een regenbui, wind, zonlicht, de geur van je moeder, een vlinder die op een bloem landt. De invloed die je eraan toekent is dat het omstandigheden zijn waarin je leeft en die leven geven. Je geeft je eraan over, leert ermee om te gaan. Meestal doe je dat zonder woorden, wat vaak wordt opgevat als er geen betekenis aan geven.

In wisselwerking gaat de meeste aandacht en energie uit naar verschijnselen waarop je zelf van invloed bent of kunt zijn. Dat is in onze cultuur bijna altijd wisselwerking met andere mensen. Die kunnen op jouw invloeden reageren, waarop jij weer kan reageren, en waarop al wat leeft in die omgeving kan reageren, enz. Ook in die wisselwerking neem je waar of verwacht je dat er een potentie tot evolutie in huist.

Bij zoogdieren kun je herkennen dat ze betekenis als invloed in drie patronen beleven. Natuurlijk allereerst het patroon dat je in wisselwerking de potentie tot evolutie waarneemt en ervaart. Dat noemen we evolutionaire betekenisgeving. Betekenis die in wisselwerking met de omgeving ontstaat, verwoorden we als geboren worden, groeien, volwassen worden, het ouderlijk huis verlaten, ouder worden, doodgaan. Vooral in de wisselwerking tussen mensen en hun omgeving kun je heel vaak evoluties herkennen. Soms lukt het er stadia in te zien. We noemen het dan stadiumgewijze evolutie.

Evolutie treedt ook op tussen soortgenoten – zoals bij paarden onderling, wolven onderling, mensen onderling die met elkaar in wisselwerking zijn. We noemen het groepssociale betekenisgeving. Betekenis die in wisselwerking tussen mensen ontstaat noemen we gehechtheid, liefde, genegenheid: als groepslid ben je bezig met andere groepsleden en wat zij aan invloeden van verschijnselen ervaren. Daarin zijn gradaties. Met familieleden, buren, vrienden, buurtbewoners, collega’s, landgenoten ontstaat groepssociale betekenisgeving met steeds andere vormen van invloed en gewicht die je eraan geeft.

Sociale betekenisgeving is een variant. Je herkent het in het verhaal van Jezus over de Barmhartige Samaritaan: elk mens die je tegenkomt behandel je respectvol, empathisch, liefdevol – niet alleen de mensen met wie je groepssociaal verbonden bent. Wij noemen deze vorm ook wel geïndividualiseerd sociaal. Als men zegt dat de westerse cultuur door het christendom gekenmerkt wordt, zit de geïndividualiseerd sociale vorm van betekenisgeving onder die uitspraak.

Er is nog een derde patroon dat in wisselwerking zichtbaar wordt. Vanaf de geboorte komt wisselwerking met de omgeving op gang die je vooral met ouders, broers en zussen en later met nog andere mensen deelt. Op ongeveer 2,5 jarige leeftijd wordt identiteit zichtbaar. Het wil zeggen dat een kind in staat is vanuit zichzelf betekenis aan verschijnselen en invloeden te geven. We noemen dat: zelfreferentiële betekenisgeving. Zelf-referentieel wil zeggen: verschijnselen die in wisselwerking met de omgeving ontstaan ken je invloed toe die refereert aan wat je er in jezelf van ervaart. Betekenis die zo ontstaat noemen we: gevoelens, identiteit, persoonlijkheid, eigen smaak. Uitingen waarin je zelfreferentiële betekenisgeving herkent noemen we zelfreferentialiteit. Je merkt dat het in deze tijd bij steeds meer mensen hun gedrag kenmerkt.

Evolutionaire, groepssociale en zelfreferentiële betekenisgeving noemen we grondvormen van betekenisgeving. Wij mensen beschikken ook nog over de eerder genoemde rationele betekenisgeving. Die ontstaat in de wisselwerking van je brein. Dat noemen we denken. Betekenis die eruit ontstaat noemen we gedachte, definitie, ordening, model, theorie, regel, verklaring.
Ieder mens staat met een combinatie uit deze vier vormen van betekenisgeving in de wereld. Het kenmerkt je oriëntatie. De plaats waar je verbleef, de invloeden waaraan je blootstond zijn bepalend voor de vormgeving van je oriëntatie. Meestal overheersen in een oriëntatie twee van de vier vormen; de andere twee zijn er ook maar minder ontwikkeld. Mensen bij wie rationele en/of zelfreferentiële betekenisgeving voorop staat noemen we intern georiënteerd. Deze mensen stellen hun eigen doelen en eigen comfort centraal en drukken betekenis vooral in geld en getallen uit. Sommigen van hen vertellen dat ze – nota bene – met dit gedrag bijdragen aan duurzaamheid. Dan noemen we ze eco-butchers. Wie over het Sezen-referentiestelsel beschikt kan die verhalen snel ontmantelen en de zelfreferentiële-rationele patronen van de eco-butcher zichtbaar maken.

Voor een toekomst waarin mensen duurzaam en sociaal met hun omgeving omgaan zijn vooral evolutionaire en sociale betekenisgeving nodig; zelfreferentiële en rationele betekenisgeving zijn dan ondergeschikt en kunnen hoogstens bijdragen als ze helpend worden ingezet. Mensen bij wie evolutionaire en/of groepssociale betekenisgeving voorop staat noemen we extern georiënteerd.

Van mensen bij wie alle vier vormen in hun waarnemingsvermogen en oordeelsvorming tot uiting komen, zeggen we dat ze overzicht hebben. Gullivers zijn daar een voorbeeld van. Zij gebruiken het Sezen-referentiestelsel om tot een breed oordeel te komen. Hun handelen is ermee in overeenstemming. Hun oriëntatie zit niet in de weg. Ze kunnen in elke cultuur, elke plaatselijke omgeving en situatie een balans vinden in de vier vormen van betekenisgeving en de passende vorm van pragmatisme aanreiken.

De grootste groep mensen zijn noch eco-butcher, noch gulliver. Het zijn de passivisten. Dit zijn mensen die wel anders willen maar niet in beweging komen. Ze weten niet hoe of voelen zich verlamd. Het kunnen ook mensen zijn die zich nergens van bewust zijn, crises negeren en doorleven zoals ze altijd al deden.
De vormen van betekenisgeving die in de oriëntaties van de meeste mensen in een samenleving overheersen zeggen veel over de toestand van die samenleving. We herkennen daarin twee begrippen, realiteit en werkelijkheid, die in de Nederlandse taal door elkaar worden gebruikt maar als Sezen-original een verschillende betekenis hebben. Onder realiteit verstaan we dat wat in wisselwerking met onze omgeving betekenis krijgt. Onder werkelijkheid verstaan we dat wat vanuit ons denken is ontstaan en betekenis krijgt. Wie erop let zal merken dat de meeste mensen dit onderscheid herkennen en gebruiken.
Om een toestand te doorgronden – waar het vastloopt en hoe het losgetrokken kan worden – is het nodig dat je de relatie met vormen van betekenisgeving in het handelingsrepertoire van mensen herkent. We verwoorden handelingsrepertoire in vormen van pragmatisme. We noemen ze: evolutionair, sociaal, zelfreferentieel en rationeel pragmatisme, naar de vormen van betekenisgeving waarmee ze verbonden zijn.

De meeste herken je direct. Zo zal iemand vol wensen zitten. Met gebruik van rationaliteit worden die in doelen omgezet. In ons hoofd loopt een en ander door elkaar: je bedenkt iets, maakt plannen, afwegingen, je stelt je dingen voor die er in de realiteit (nog) niet zijn. Anderen zien die wensen en ideeën niet, ze zien alleen wat je concreet doet: je formuleert mijlpalen, schrijft schema’s op met tijdstippen en geldbedragen. Je schrijft teksten, maakt tekeningen, overlegt met anderen over analyses en verbeteringen. Je bent rationeel pragmatisch bezig.

Mensen die zelfreferentieel pragmatisch te werk gaan, doen wat ze willen. Ze proberen hun wensen zo direct mogelijk te realiseren. Ze gebruiken elke vorm van pragmatisme voor het bereiken van hun wensen en doelen. Het is maar net wat uitkomt. Een van de effecten is dat rationeel pragmatisme wordt gebruikt voor doelen die alleen in wisselwerking tussen mensen en hun omgeving of in al wat in een omgeving met elkaar in wisselwerking is kunnen worden bereikt. Eco-butchers zijn degenen die dat welbewust doen en zeggen dat ze zo bijdragen aan duurzaamheid.

Doelen stellen om iets te bereiken dat alleen uit wisselwerking kan ontstaan vraagt evolutionair pragmatisme. Die vorm van pragmatisme neem je tussen mensen waar als iemand in een ruimte met anderen een voorstelling geeft over wat volgens die persoon wenselijk is, inclusief de invloeden en effecten die hij eraan verbindt. Die kunnen voor iedereen anders zijn en zal leiden tot allerlei aangepaste voorstellingen die ook weer in allerlei ruimten worden afgegeven. Er ontstaan discussies over al die voorstellingen en mensen ontwikkelen er een waarvan ze denken dat die bij henzelf en hun omgeving past.

In de realiteit kan een politicus zo’n voorstelling in een publieke ruimte afgeven. In openbare discussies ontstaan varianten van die voorstelling. Na verloop van tijd kan er in elke omgeving een versie van de voorstelling zijn ontstaan waarin de politicus zijn oorspronkelijke voorstelling herkent. De voorstelling is een visie geworden, ‘n uitgangspunt voor handelen. De politicus hoeft zelf niks aan de uitvoering te doen, want het gebeurt: mensen gaan op hun eigen plek, passend bij hun omgeving en mogelijkheden ermee aan de gang.

Een ondernemer kan evolutionair pragmatisme gebruiken om een concept voor het eigen bedrijf te ontwikkelen, een opvoeder heeft het nodig om de omstandigheden te herkennen waaronder een kind zich ontwikkelt, een arts voor de omstandigheden waaronder patiënten gezond blijven of ziek worden. En ieder mens heeft het nodig bij het veroveren van toekomstperspectief.

In groepssociaal pragmatisme hebben familie en verwanten een band met elkaar die het mogelijk maakt als groep te opereren. De groep geeft de leden identiteit en bescherming. Wat je aan de wereld bijdraagt is voor en van de groep. Bijvoorbeeld in Afrika zijn er culturen waarin leden van een familie of clan alles met elkaar delen. Deze vorm van pragmatisme is kenmerkend voor de islam. Daarin is het niet ongewoon clans tegen te komen die elkaar bestrijden.

Sociaal pragmatisme herken je als mensen van een ander of een groep hopen of verwachten dat je elkaar helpt en die ander dat ook daadwerkelijk doet. Het verhaal van de barmhartige Samaritaan is voorbeeldig. Het laat de christelijke benadering zien waarin je iedereen helpt ongeacht sociale stratificatie, sekse of ras.

In de westerse wereld krijgt het vorm in mens-en-contextgedreven werken. Dat introduceerden we in 2008. Kenmerkend is dat je je verplaatst in iemands oriëntatie en gemoedstoestand om te doen wat helpt, vanuit die persoon gezien. Je leest diens oriëntatie en context uit, probeert er evolutionair pragmatisch naar te kijken, dat wil zeggen maakt voorstellingen van wat in die context bij die persoon kon en kan ontstaan. En hoe je een en ander beïnvloedt en welke voorstelling kans heeft te evolueren naar een gewenste toestand en oplossing.

Al deze begrippen, de Sezen Originals, zijn bij Stichting Sezen tot stand gekomen. Je kunt er vormen van betekenisgeving en pragmatisme mee onder woorden brengen. Het krijgt samenhang in het Sezen-referentiestelsel. Je kunt ermee verwoorden welke patronen in ieders oriëntatie zijn over- en ondergewaardeerd. Het wordt ermee mogelijk dat mensen in dezelfde situatie maar met verschillende oriëntaties aangeven welke betekenis en vorm van betekenisgeving en pragmatisme voor hen belangrijk zijn. Zodra ze dat van elkaar herkennen en van zichzelf weten, kunnen ze samen uitzoeken welke combinatie van betekenisgeving en pragmatisme in die situatie tot gelding zou moeten komen. Vervolgens bespreken ze over welke competentie iemand moet beschikken om de gekozen vormen van betekenisgeving en pragmatisme als definitie van de situatie in te stellen.

De leiding in een organisatie, de leerkracht voor de klas, hoofd van de familie, degene met de meeste macht in huis of op straat, het bestuur in een vereniging, politici, de rechter in de rechtszaal hebben allemaal een positie om een definitie van de situatie te bepalen. Er ontstaat machtsstrijd als partijen verschillen over de vraag welke definitie van de situatie moet gelden. In westerse culturen wordt de machtsstrijd nu vooral gevoerd over de vraag of van wisselwerking of van ordeningen moet worden uitgegaan. Als van ordeningen wordt uitgegaan noemen we de inrichting systeemgedreven. Dan zijn rationeel en zelfreferentieel pragmatisme van de leiding bepalend. Als van wisselwerking wordt uitgegaan noemen we het contextgedreven en is sociaal en evolutionair pragmatisme van medewerkers leidend. Met het Sezen-referentiestelsel kan men ook toetsen of een organisatie passend is ingericht en bestuurd wordt in lijn met wat ze als passend hebben vastgesteld.

Het valt op dat in vrijwel alle organisaties de systeemgedreven vorm is ingesteld, tot in zorg en onderwijs aan toe. Ook zien we dat het Openbaar Ministerie alle bestuurszaken beoordeelt vanuit systeemgedrevenheid. Het zijn voorbeelden van de rationaliteitswig: de externe vormen van betekenisgeving worden functioneel benaderd en in rationele taal verwoord. Evolutionair pragmatisme is er vrijwel mee uit het handelingsrepertoire verdwenen en sociaal pragmatisme zit onder een dikke laag rationeel pragmatisme.

Wil je vormen van betekenisgeving herkennen en hoe die zich in oriëntaties bij mensen manifesteren? Zie Voorbij het vanzelfsprekende (2014?).

De volle omvang van het Sezen-referentiestelsel is beschikbaar in het boek Realiteit en Werkelijkheid (2022).

Los het nou gewoon op!? (2023) gebruikt deze inzichten in actuele vraagstukken om uit de problemen te komen.

Sezen-

referentiestelsel

Mensen zijn elke dag en de hele dag door bezig uit te zoeken wat betekenis voor hen heeft, hoe die tot stand komt en ze die kunnen vasthouden. Daarin kun je patronen herkennen waar we de naam betekenisgeving en als het op handelen aankomt het woord pragmatisme aan verbinden. Het krijgt samenhang in het Sezen-referentiestelsel.

Het bijzondere is dat deze kijk op menselijk gedrag ongewoon is. Dat blijkt al direct omdat er nieuwe begrippen nodig bleken om die patronen in taal te kunnen duiden zodat we het er met elkaar over kunnen hebben. Die begrippen noemen we Sezen Originals en spannen het Sezen-referentiestelsel op.

Mensen zeggen geen vertrouwen meer te hebben in de politiek. Wat ze ermee bedoelen kunnen ze meestal niet omschrijven. Ze vinden wel dat heel veel anders moet. Verlies van vertrouwen kun je pas duiden als je herkent hoe verschillend politici en de samenleving aan verschijnselen en zaken betekenis geven.

Betekenis kan een referentie aan een ordening zijn, zoals een verkeersbord, wet of regel en systeem. Tweede en Eerste Kamerleden en bestuurders van organisaties gaan vrijwel altijd uit van ordeningen. Het laat rationele betekenisgeving zien: vanuit je brein betekenis aan verschijnselen en ervaringen geven. Deze vorm van betekenisgeving overheerst in westerse landen. Dat is niet verwonderlijk. Al in de 17e eeuw merkte Descartes op dat wetenschap en technologie bepaalde wat hij waarnam. In onze tijd is dit meer dan ooit het geval.

Betekenis kan ook staan voor invloed. Invloed ervaar je in wat je waarneemt en voortdurend verandert, in ervaren dat je leeft. In wisselwerking kan ontstaan wat er eerder niet was. Er zijn in de loop van de tijd vormen van leven ontstaan die zich steeds vernieuwen en aanwezig blijven. We zeggen: wat is ontstaan ‘is geëvolueerd’. Iedereen kan waarnemen dat in wisselwerking de potentie tot evolutie huist.

In wisselwerking zijn met de omgeving wil zeggen dat je (al dan niet bewust) reageert op de invloed van een verschijnsel. Bijvoorbeeld een regenbui, wind, zonlicht, de geur van je moeder, een vlinder die op een bloem landt. De invloed die je eraan toekent is dat het omstandigheden zijn waarin je leeft en die leven geven. Je geeft je eraan over, leert ermee om te gaan. Meestal doe je dat zonder woorden, wat vaak wordt opgevat als er geen betekenis aan geven.

In wisselwerking gaat de meeste aandacht en energie uit naar verschijnselen waarop je zelf van invloed bent of kunt zijn. Dat is in onze cultuur bijna altijd wisselwerking met andere mensen. Die kunnen op jouw invloeden reageren, waarop jij weer kan reageren, en waarop al wat leeft in die omgeving kan reageren, enz. Ook in die wisselwerking neem je waar of verwacht je dat er potentie tot evolutie in huist.

Bij zoogdieren kun je herkennen dat ze betekenis als invloed in drie patronen beleven. Natuurlijk allereerst het patroon dat je in wisselwerking de potentie tot evolutie waarneemt en ervaart. Dat noemen we evolutionaire betekenisgeving. Betekenis die in wisselwerking met de omgeving ontstaat, verwoorden we als geboren worden, groeien, volwassen worden, het ouderlijk huis verlaten, ouder worden, doodgaan. Vooral in de wisselwerking tussen mensen en hun omgeving kun je heel vaak evoluties herkennen. Soms lukt het er stadia in te zien. We noemen het dan stadiumgewijze evolutie.

Evolutie treedt ook op tussen soortgenoten – zoals bij paarden onderling, wolven onderling, mensen onderling die met elkaar in wisselwerking zijn. We noemen het groepssociale betekenisgeving. Betekenis die in wisselwerking tussen mensen ontstaat noemen we gehechtheid, liefde, genegenheid: als groepslid ben je bezig met andere groepsleden en wat zij aan invloeden van verschijnselen ervaren. Daarin zijn gradaties. Met familieleden, buren, vrienden, buurtbewoners, collega’s, landgenoten ontstaat groepssociale betekenisgeving met steeds andere vormen van invloed en gewicht die je eraan geeft.

Sociale betekenisgeving is een variant. Je herkent het in het verhaal van Jezus over de Barmhartige Samaritaan: elk mens die je tegenkomt behandel je respectvol, empathisch, liefdevol – niet alleen de mensen met wie je groepssociaal verbonden bent. Wij noemen deze vorm ook wel geïndividualiseerd sociaal. Als men zegt dat de westerse cultuur door het christendom gekenmerkt wordt, zit de geïndividualiseerd sociale vorm van betekenisgeving onder die uitspraak.

Er is nog een derde patroon dat in wisselwerking zichtbaar wordt. Vanaf de geboorte komt wisselwerking met de omgeving op gang die je vooral met ouders, broers en zussen en later met nog andere mensen deelt. Op ongeveer 2,5 jarige leeftijd wordt identiteit zichtbaar. Het wil zeggen dat een kind in staat is vanuit zichzelf betekenis aan verschijnselen en invloeden te geven. We noemen dat: zelfreferentiële betekenisgeving. Zelf-referentieel wil zeggen: verschijnselen die in wisselwerking met de omgeving ontstaan ken je invloed toe die refereert aan wat je er in jezelf van ervaart. Betekenis die zo ontstaat noemen we: gevoelens, identiteit, persoonlijkheid, eigen smaak. Uitingen waarin je zelfreferentiële betekenisgeving herkent noemen we zelfreferentialiteit. Je merkt dat het in deze tijd bij steeds meer mensen hun gedrag kenmerkt.

Evolutionaire, groepssociale en zelfreferentiële betekenisgeving noemen we grondvormen van betekenisgeving. Wij mensen beschikken ook nog over de eerder genoemde rationele betekenisgeving. Die ontstaat in de wisselwerking van je brein. Dat noemen we denken. Betekenis die eruit ontstaat noemen we gedachte, definitie, ordening, model, theorie, regel, verklaring.

Ieder mens staat met een combinatie uit deze vier vormen van betekenisgeving in de wereld. Het kenmerkt je oriëntatie. De plaats waar je verbleef, de invloeden waaraan je blootstond zijn bepalend voor de vormgeving van je oriëntatie. Meestal overheersen in een oriëntatie twee van de vier vormen; de andere twee zijn er ook maar minder ontwikkeld. Mensen bij wie rationele en/of zelfreferentiële betekenisgeving voorop staat noemen we intern georiënteerd. Deze mensen stellen hun eigen doelen en eigen comfort centraal en drukken betekenis vooral in geld en getallen uit. Sommigen van hen vertellen dat ze – nota bene – met dit gedrag bijdragen aan duurzaamheid. Dan noemen we ze eco-butchers. Wie over het Sezen-referentiestelsel beschikt kan die verhalen snel ontmantelen en de zelfreferentiële-rationele patronen van de eco-butcher zichtbaar maken.
Voor een toekomst waarin mensen duurzaam en sociaal met hun omgeving omgaan zijn vooral evolutionaire en sociale betekenisgeving nodig; zelfreferentiële en rationele betekenisgeving zijn dan ondergeschikt en kunnen hoogstens bijdragen als ze helpend worden ingezet. Mensen bij wie evolutionaire en/of groepssociale betekenisgeving voorop staat noemen we extern georiënteerd.
Van mensen bij wie alle vier vormen in hun waarnemingsvermogen en oordeelsvorming tot uiting komen, zeggen we dat ze overzicht hebben. Gullivers zijn daar een voorbeeld van. Zij gebruiken het Sezen-referentiestelsel om tot een breed oordeel te komen. Hun handelen is ermee in overeenstemming. Hun oriëntatie zit niet in de weg. Ze kunnen in elke cultuur, elke plaatselijke omgeving en situatie een balans vinden in de vier vormen van betekenisgeving en de passende vorm van pragmatisme aanreiken.
De grootste groep mensen zijn noch eco-butcher, noch gulliver. Het zijn de passivisten. Dit zijn mensen die wel anders willen maar niet in beweging komen. Ze weten niet hoe of voelen zich verlamd. Het kunnen ook mensen zijn die zich nergens van bewust zijn, crises negeren en doorleven zoals ze altijd al deden.

De vormen van betekenisgeving die in de oriëntaties van de meeste mensen in een samenleving overheersen zeggen veel over de toestand van die samenleving. We herkennen daarin twee begrippen, realiteit en werkelijkheid, die in de Nederlandse taal door elkaar worden gebruikt maar als Sezen-original een verschillende betekenis hebben. Onder realiteit verstaan we dat wat in wisselwerking met onze omgeving betekenis krijgt. Onder werkelijkheid verstaan we dat wat vanuit ons denken is ontstaan en betekenis krijgt. Wie erop let zal merken dat de meeste mensen dit onderscheid herkennen en gebruiken.

Om een toestand te doorgronden – waar het vastloopt en hoe het losgetrokken kan worden – is het nodig dat je de relatie met vormen van betekenisgeving in het handelingsrepertoire van mensen herkent. We verwoorden handelingsrepertoire in vormen van pragmatisme. We noemen ze: evolutionair, sociaal, zelfreferentieel en rationeel pragmatisme, naar de vormen van betekenisgeving waarmee ze verbonden zijn.

De meeste herken je direct. Zo zal iemand vol wensen zitten. Met gebruik van rationaliteit worden die in doelen omgezet. In ons hoofd loopt een en ander door elkaar: je bedenkt iets, maakt plannen, afwegingen, je stelt je dingen voor die er in de realiteit (nog) niet zijn. Anderen zien die wensen en ideeën niet, ze zien alleen wat je concreet doet: je formuleert mijlpalen, schrijft schema’s op met tijdstippen en geldbedragen. Je schrijft teksten, maakt tekeningen, overlegt met anderen over analyses en verbeteringen. Je bent rationeel pragmatisch bezig.

Mensen die zelfreferentieel pragmatisch te werk gaan, doen wat ze willen. Ze proberen hun wensen zo direct mogelijk te realiseren. Ze gebruiken elke vorm van pragmatisme voor het bereiken van hun wensen en doelen. Het is maar net wat uitkomt. Een van de effecten is dat rationeel pragmatisme wordt gebruikt voor doelen die alleen in wisselwerking tussen mensen en hun omgeving of in al wat in een omgeving met elkaar in wisselwerking is kunnen worden bereikt. Eco-butchers zijn degenen die dat welbewust doen en zeggen dat ze zo bijdragen aan duurzaamheid.

Doelen stellen om iets te bereiken dat alleen uit wisselwerking kan ontstaan vraagt evolutionair pragmatisme. Die vorm van pragmatisme neem je tussen mensen waar als iemand in een ruimte met anderen een voorstelling geeft over wat volgens die persoon wenselijk is, inclusief de invloeden en effecten die hij eraan verbindt. Die kunnen voor iedereen anders zijn en zal leiden tot allerlei aangepaste voorstellingen die ook weer in allerlei ruimten worden afgegeven. Er ontstaan discussies over al die voorstellingen en mensen ontwikkelen er een waarvan ze denken dat die bij henzelf en hun omgeving past.

In de realiteit kan een politicus zo’n voorstelling in een publieke ruimte afgeven. In openbare discussies ontstaan varianten van die voorstelling. Na verloop van tijd kan er in elke omgeving een versie van de voorstelling zijn ontstaan waarin de politicus zijn oorspronkelijke voorstelling herkent. De voorstelling is een visie geworden, ‘n uitgangspunt voor handelen. De politicus hoeft zelf niks aan de uitvoering te doen, want het gebeurt: mensen gaan op hun eigen plek, passend bij hun omgeving en mogelijkheden ermee aan de gang.

Een ondernemer kan evolutionair pragmatisme gebruiken om een concept voor het eigen bedrijf te ontwikkelen, een opvoeder heeft het nodig om de omstandigheden te herkennen waaronder een kind zich ontwikkelt, een arts voor de omstandigheden waaronder patiënten gezond blijven of ziek worden. En ieder mens heeft het nodig bij het veroveren van toekomstperspectief.

In groepssociaal pragmatisme hebben familie en verwanten een band met elkaar die het mogelijk maakt als groep te opereren. De groep geeft de leden identiteit en bescherming. Wat je aan de wereld bijdraagt is voor en van de groep. Bijvoorbeeld in Afrika zijn er culturen waarin leden van een familie of clan alles met elkaar delen. Deze vorm van pragmatisme is kenmerkend voor de islam. Daarin is het niet ongewoon clans tegen te komen die elkaar bestrijden.
Sociaal pragmatisme herken je als mensen van een ander of een groep hopen of verwachten dat je elkaar helpt en die ander dat ook daadwerkelijk doet. Het verhaal van de barmhartige Samaritaan is voorbeeldig. Het laat de christelijke benadering zien waarin je iedereen helpt ongeacht sociale stratificatie, sekse of ras.

In de westerse wereld krijgt het vorm in mens-en-contextgedreven werken. Dat introduceerden we in 2008. Kenmerkend is dat je je verplaatst in iemands oriëntatie en gemoedstoestand om te doen wat helpt, vanuit die persoon gezien. Je leest diens oriëntatie en context uit, probeert er evolutionair pragmatisch naar te kijken, dat wil zeggen maakt voorstellingen van wat in die context bij die persoon kon en kan ontstaan. En hoe je een en ander beïnvloedt en welke voorstelling kans heeft te evolueren naar een gewenste toestand en oplossing.

Al deze begrippen, de Sezen Originals, zijn bij Stichting Sezen tot stand gekomen. Je kunt er vormen van betekenisgeving en pragmatisme mee onder woorden brengen. Het krijgt samenhang in het Sezen-referentiestelsel. Je kunt ermee verwoorden welke patronen in ieders oriëntatie zijn over- en ondergewaardeerd. Het wordt ermee mogelijk dat mensen in dezelfde situatie maar met verschillende oriëntaties aangeven welke betekenis en vorm van betekenisgeving en pragmatisme voor hen belangrijk zijn. Zodra ze dat van elkaar herkennen en van zichzelf weten, kunnen ze samen uitzoeken welke combinatie van betekenisgeving en pragmatisme in die situatie tot gelding zou moeten komen. Vervolgens bespreken ze over welke competentie iemand moet beschikken om de gekozen vormen van betekenisgeving en pragmatisme als definitie van de situatie in te stellen.

De leiding in een organisatie, de leerkracht voor de klas, hoofd van de familie, degene met de meeste macht in huis of op straat, het bestuur in een vereniging, politici, de rechter in de rechtszaal hebben allemaal een positie om een definitie van de situatie te bepalen. Er ontstaat machtsstrijd als partijen verschillen over de vraag welke definitie van de situatie moet gelden. In westerse culturen wordt de machtsstrijd nu vooral gevoerd over de vraag of van wisselwerking of van ordeningen moet worden uitgegaan. Als van ordeningen wordt uitgegaan noemen we de inrichting systeemgedreven. Dan zijn rationeel en zelfreferentieel pragmatisme van de leiding bepalend. Als van wisselwerking wordt uitgegaan noemen we het contextgedreven en is sociaal en evolutionair pragmatisme van medewerkers leidend. Met het Sezen-referentiestelsel kan men ook toetsen of een organisatie passend is ingericht en bestuurd wordt in lijn met wat ze als passend hebben vastgesteld.

Het valt op dat in vrijwel alle organisaties de systeemgedreven vorm is ingesteld, tot in zorg en onderwijs aan toe. Ook zien we dat het Openbaar Ministerie alle bestuurszaken beoordeelt vanuit systeemgedrevenheid. Het zijn voorbeelden van de rationaliteitswig: de externe vormen van betekenisgeving worden functioneel benaderd en in rationele taal verwoord. Evolutionair pragmatisme is er vrijwel mee uit het handelingsrepertoire verdwenen en sociaal pragmatisme zit onder een dikke laag rationeel pragmatisme.

Wil je vormen van betekenisgeving herkennen en hoe die zich in oriëntaties bij mensen manifesteren? Zie Voorbij het vanzelfsprekende (2014?).

De volle omvang van het Sezen-referentiestelsel is beschikbaar in het boek Realiteit en Werkelijkheid (2022).

Los het nou gewoon op!? (2023) ) gebruikt het Sezen-referentiestelsel om de huidige toestand van Nederland te doorgronden. Een samenvatting van het Sezen-referentiestelsel vind je in hoofdstuk 2 en 3 van dit boek.

Kan ik bij jullie een opleiding volgen?
Bij Sezen Academy vind je opleidingen waarin onze ervaringen en gedachtengoed van de afgelopen 30 jaar zijn verwerkt.
Geven jullie lezingen of adviezen?
Wij geven op aanvraag lezingen. Hiervoor kan je het beste even contact opnemen via telefoon 0343 595801 of mail naar sezen@sezen.nl.
Waar vind ik jullie boeken?
Je vindt onze boeken hier.
Waar kan ik meer lezen over de onderwerpen op deze site?
Deze boeken bieden achtergronden en verdieping. Je kunt ook een kijkje nemen in de grabbelton.
Hoe kan ik jullie activiteiten en nieuwe vlogs volgen?
Je kunt je abonneren op ons YouTube-kanaal of ons volgen via LinkedIn, Facebook en Twitter. Daarnaast versturen wij een paar keer paar jaar een nieuwsbrief waar je je voor kunt inschrijven.
Ik zou graag kennismaken.
Laat ons weten waar je het over wilt hebben (bijv. studie, afstudeeronderzoek, nieuw initiatief). Stuur een mailtje naar sezen@sezen.nl.
Geven jullie adviezen aan organisaties?
Voor organisatieadvies en selectie van mensen voor organisaties kun je terecht bij Bascole.
Ik heb een andere vraag.
Voor alle andere vragen, bel 0343 595801 of mail naar sezen@sezen.nl.
Ik heb het gevoel dat ik ben vastgelopen of daartegenaan zit. Kan jullie mij op weg helpen naar een nieuw toekomstperspectief?
Wij helpen je graag verder via onze coaches in het Centrum voor Perspectief Ontwikkeling. Voor een eerste antwoord op die vragen en een triage staan onze mensen voor je klaar via 0343 595805. Of je richt je tot ons per mail (perspectief@CVPO.nl).

Vragen

Accordion Content
Deze boeken bieden achtergronden en verdieping. Je kunt ook een kijkje nemen in de grabbelton.
Je kunt je abonneren op ons YouTube-kanaal of ons volgen via LinkedIn, Facebook en Twitter. Daarnaast versturen wij een paar keer paar jaar een nieuwsbrief waar je je voor kunt inschrijven.
Je vindt onze boeken hier.
Bij Sezen Academy vind je opleidingen waarin onze ervaringen en gedachtengoed van de afgelopen 30 jaar zijn verwerkt.

Voor organisatieadvies en selectie van mensen voor organisaties kun je terecht bij Bascole.

Wij geven op aanvraag lezingen. Hiervoor kan je het beste even contact opnemen via telefoon 0343 595801 of mail naar sezen@sezen.nl.
Wij helpen je graag verder via onze coaches in het Centrum voor Perspectief Ontwikkeling. Voor een eerste antwoord op die vragen en een triage staan onze mensen voor je klaar via 0343 595805. Of je richt je tot ons per e-mail (perspectief@CVPO.nl).
Laat ons weten waar je het over wilt hebben (bijv. studie, afstudeeronderzoek, nieuw initiatief). Stuur een mailtje naar sezen@sezen.nl.
Voor alle andere vragen, bel 0343 595801 of mail naar sezen@sezen.nl.

Welke cookies mogen we plaatsen?

Deze site gebruikt cookies om goed te werken. Ze verzamelen nooit ongevraagd persoonlijke informatie.

Wil je op de site filmpjes en social media gebruiken? Dan plaatsen derde partijen cookies waarmee ze je surfgedrag kunnen volgen. Op YouTube en in je eigen browser regel je instellingen om dat (deels) af te schermen.